Dhá Cheann Déag

Twaalf

Twaalf, de twaalfde brief werd het tweede keerpunt. In het fotoboek over Dublin zie ik de foto’s van een stad die mijn hart koestert. Het zijn foto’s van mijn stedentrip in februari 2013 die mij associëren met dierbare gebeurtenissen en dierbare mensen. Zoals Maureen. Ik lees in mijn boek “Co Ni Mire Rium” de hoofdstukken die over Maureen gaan. Mooi, gevoelig, kwetsbaar. Het zijn de gevoelens die wederom naar boven komen. Misschien heimwee. In de mappen zoek ik de twaalfde brief die Maureen mij een jaar later toestuurde. Achter zeven van de elf andere maandelijkse brieven zitten met een nietje de vertalingen, die door een collega Engels of haar stagiaire voor mij waren gemaakt, vast. De laatste twee alinea’s van de laatste brief mochten van mij niet vertaald worden. Maureens boodschap was duidelijk en daar mocht niets vanaf worden gehaald, het moesten exact Maureens woorden blijven. Ik lees de brief.

Dublin, January 27, 2014

Lieve Harm (of moet ik Harry schrijven),

Als je na je veertigste weer verliefd wordt – zoals jij en ik – dan is er nogal wat verleden dat doorsijpelt in het heden: er zijn al kinderen en dus co-ouders met wie overlegd moet worden, steden die al eens met eerdere geliefden zijn bezocht, conversaties waarin steeds exen opduiken. In de tijd, dat wij op 22 februari 2013 door Dublin liepen, kan ik mij trouwens niet zo’n gesprek herinneren. Wij keken vooral naar het heden, de toekomst durfden wij niet te bespreken …

Ik kijk verlangend naar mensen die al tientallen jaren bij elkaar zijn, in goede en slechte tijden. Hoe ze glimlachen als de ander een anekdote begint te vertellen, hoe ze elkaar in de rede vallen: ‘En toen deed jij dát!’ Een getuige van elkaars leven zijn lijkt me een geruststellend idee, samen een geschiedenis hebben en schrijven. Misschien dat jij en ik daarom het afgelopen jaar zoveel haast hebben gehad om onze liefde stevigheid of een toekomst te geven – niet per se door zo snel mogelijk samen te zijn (jij naar Dublin of ik naar Gouda), maar door gretig onze eigen herinneringen te maken, te schrijven, uit te spreken. Ben je daar wel eens geweest? Heb je zo iets ooit eerder gedaan? Mis je mij, wat mis je, waarom en wat ga je ermee doen? Helaas alleen via onze brieven, FaceTime en e-mails. Maar wel heel mooi, intens, liefdevol. Maar we hebben elkaar niet na februari 2013 gezien, echt gezien, vast kunnen houden …

We hebben dan samen niet het merendeel van ons verleden, maar het nu en de toekomst ligt in onze handen. Lieve, lieve Harm. Ik koester de warmte uit je woorden, ik houd van de woorden die je spreekt, je gedachten, je stem. Ik houd me hieraan vast. Maar het missen van de warmte van je lichaam, het samen in slaap mogen vallen, samen wakker worden, samen een Guinness… 

Fragment 2: Abhile

Fragment 3: Amháin

Fragment 4: Fliú